Er hoeft maar een halve graad vorst voorspeld te worden en heel het land duikt bovenop de weermannen en -vrouwen. De Elfstedentocht! Gaat hij er komen? Hoewel het schaatsfestijn nu al twintig jaar niet meer door kon gaan, blijkt de Elfstedenroute ook zonder vorst prima te beleven. Sterker nog, het is een prachtige bestemming voor een duurzame vakantie.
Alternatieve Elfstedentocht
Als er in Friesland in de winter niet genoeg ijs ligt, wordt op de Oostenrijkse Weissensee de Alternatieve Elfstedentocht geschaatst door zowel professionele marathonschaatsers als liefhebbers. Maar voor wie de originele route belangrijker vindt dan het schaatsen, zijn er in de zomer ook verschillende sportieve alternatieven voor de tocht der tochten.
Een populaire optie is de Fietselfstedentocht, waarbij jaarlijks op Pinkstermaandag zo’n 15.000 mensen de gehele route in één dag afleggen op de racefiets. Een stuk minder populair – want zwaar! – is de Elfstedentocht op de skeelers, die begin september van elk oneven jaar tussen de 100 en 200 deelnemers trekt.
Voor fanatieke sporters zijn dit natuurlijk bijzondere evenementen, maar wie meer tijd en/of minder ambities heeft, kan de Elfstedenroute ook als inspiratie gebruiken voor een actieve vakantie in het mooie Friesland. De klassieke route kan namelijk in elk gewenst tempo over (vloeibaar) water of over de weg ondernomen worden: lopend, fietsend, kanoënd, skeelerend, zeilend, steppend, te paard of zwemmend!
In de zomer van 2014 heb ik de Elfstedenroute in zes dagen afgelegd met een vriendin, waarvan de eerste dagen met nog een vriendin van haar. Zij gingen op een zwaar bepakte stadsfiets, ik op skeelers.
De route
De officiële route over het ijs is iets minder dan 200 kilometer. Het startpunt is de Friese hoofdstad Leeuwarden vanwaaruit over sloten en meren naar achtereenvolgens Sneek, IJlst, Sloten, Stavoren, Hindeloopen, Workum, Bolsward, Harlingen, Franeker, Dokkum en tenslotte weer terug naar Leeuwarden geschaatst wordt.
Afhankelijk van de manier waarop je je wil voortbewegen, hoeveel tijd je hebt en wat je onderweg wil doen, kun je bepalen hoe je reis eruit gaat zien. Behalve de hele route in één of twee dagen fietsen en dan vrijwel alleen maar op de fiets zitten, kun je er bijvoorbeeld ook vier dagen of een hele week over doen en onderweg onder andere musea bezoeken, in een meer duiken en uitgebreid picknicken. Om de hele tocht te lopen wil je waarschijnlijk iets meer tijd uittrekken, terwijl het voor een kanotocht waarschijnlijk wel weer mooi is geweest na slechts een stukje van de hele route. Met een beetje plannen kun je misschien zelfs een mooie combinatie maken.
De website van provincie Friesland wil momenteel niet echt meewerken, maar waarschijnlijk kun je bij elk Fries VVV-kantoor wel een routekaart bemachtigen die het beste bij je plannen aansluit. Zo is er een waterroute voor grotere en eentje voor kleinere boten. De route over de weg loopt uiteraard net iets anders en is meestal iets langer (220-250 kilometer), maar volgt voor een groot deel de sloten van de officiële waterroute. Ook hier is verschil tussen wandel- en fietsroutes. Met uitzondering van onder andere de schelpenpaadjes hebben wij voor een groot deel de fietsroute gevolgd. Deze wordt behoorlijk goed aangegeven.
Activiteiten
Wie denkt dat Friesland alleen maar uit weilanden bestaat, heeft het mis. De vele sloten, bruggetjes, dorpjes, meren, steden, terpen, boerderijen en de dijken aan het IJsselmeer en de Waddenzee geven het landschap haar unieke karakter. Ook de rijke geschiedenis zorgt voor genoeg vermaak tijdens je tocht.
Steden
De Friese elf steden zijn al bezienswaardigheden op zich. Tussen de twaalfde en vijftiende eeuw verkregen ze allemaal stadsrechten. Sloten heeft desondanks niet veel meer dan 700 inwoners, terwijl Leeuwarden er bijna 100.000 telt. Het moderne stadse leven vind je dan ook vooral terug in de hoofdstad. Sneek combineert geschiedenis, cultuur en watersport met de levendigheid van een kleine stad. Wij zijn daar iets te snel doorheen geknald, dus daar moet ik nog eens terug.
De kleinste stadjes moeten het meer hebben van hun authentieke charme. Het ontbreekt ze in ieder geval geen van allen aan mooie grachtjes, middeleeuwse straten en pleinen, monumentale panden, karakteristieke bruggetjes en heerlijke terrasjes. Het is dat we nog een lange tocht voor de boeg hadden op de derde dag van onze reis, anders had ik ter plekke een schilderijtje gemaakt van Sloten.
In het kleine Hindeloopen lunchten we met uitzicht over het IJsselmeer. Een dag eerder in IJlst, op het allerkleinste marktje ooit, verkochten ze heel lekkere kaasjes (terugkerend thema, ik weet het!) voor onze eerste picknick. In een willekeurig wijkje hadden we vanaf een grasveldje fantastisch uitzicht over een prachtig boerderijtje aan de overkant van een sloot waarin hond en baasje een duik namen. Zonnetje erbij. Niks meer aan doen.
Musea
Met zoveel geschiedenis en cultureel erfgoed kun je wel wat musea verwachten. Leeuwarden heeft Het Fries Museum, Fries verzetsmuseum, en het Natuurmuseum Fryslân. In Sneek staat het Fries scheepvaartmuseum en in Workum staat een museum gewijd aan schilder Jopie Huisman.
De meesten sloegen we voor de trip over, maar wat mij betreft mocht een bezoek aan het Eerste Friese schaatsmuseum in Hindeloopen niet ontbreken tijdens het afleggen van de Elfstedenroute. Alle schaatsen, kruisjes, mutsen en afgevroren tenen die ze konden krijgen, zijn er uitgestald.
Een persoonlijk favoriet is daarnaast het Eise Eisinga Planetarium in Franeker. In een oud grachtenpand vind je de meest bijzondere woonkamer die je ooit zal zien. Na jarenlange zelfstudie in de sterren- en wiskunde, bouwde Eisinga in zeven jaar tijd een bewegend model van het zonnestelsel. Tussen de bedstee en de kachel, gemaakt van handgesmede spijkers, raders en slingerklokken, en precies op schaal, zodat de stand van de planeten nog altijd overeenkomt met het werkelijke zonnestelsel.
Voor de liefhebbers zijn er verder nog talloze kleine musea gewijd aan dichters, schilders, pottenbakkers, ambachtslieden en andere lokale helden. Ook zijn er allerlei galerietjes waar je zo even binnen kan gluren.
Zeilen
Friesland staat bekend om haar meren en een lange traditie van zeilen. Eind augustus is er de Sneekweek en begin augustus worden er op verschillende plaatsen wedstrijden skûtsjesilen gehouden.
Als je niet ervaren genoeg bent om de Elfstedenroute te varen – eventueel zelfs in wedstrijdvorm – dan kun je terecht bij een van de zeilscholen in de regio.
Meren
Behalve zeilen zijn de Friese meren ook goed voor een dagje strand, zwemmen, bootje varen, windsurfen, vissen en kanoën. Toen we op dag twee van onze reis de 47 kilometer van Weidum (net onder Leeuwarden) naar Sloten hadden afgelegd onder het genot van 35 °C en een brandende zon, zijn we meteen het Slotermeer in gesprongen.
Platteland
Op het platteland is het vooral genieten van de uitgestrekte landschappen. Kenmerkend zijn de terpen waarop kerkjes en boerderijen tegen de zee beschermd werden.
Vanaf de zeedijk in het noorden van Friesland heb je uitzicht over de Waddenzee. Dit UNESCO werelderfgoed kun je het beste ervaren met een wadlooptocht. Behalve een oversteek naar bijvoorbeeld Ameland of Engelsmanplaat, kun je ook kiezen voor een zwerftocht aan de kust zoals deze of deze.
Als je wat verder van de Elfstedenroute af wil wijken, kun je ook nog naar nationaal park de Alde Feanen. Tussen het natuurschoon van dit laagveengebied kun je nog meer fietsen, wandelen, kanoën en varen, maar ook vogels kijken of over de survivalbaan.
Arrangementen
Heb ik je te veel opties en ideeën gegeven? Kies dan je vervoer en zoek een bijpassend arrangement. Zo zijn er diverse fietsarrangementen, soms ook met bagagevervoer, waardoor je verder niet meer hoeft te bepalen hoe je je trip aan gaat pakken.
Er zijn verder ook arrangementen te vinden om de route bijvoorbeeld (deels) met een sloep, elektrische fiets of – kan het nog Frieser? – met een skûtsje af te leggen.
Praktische informatie
Leeuwarden is uitstekend bereikbaar met de trein. Vanaf daar gaan er bovendien twee stoptreinen. Eentje via onder andere Franeker naar Harlingen en de ander doet op zich al een halve Elfstedentocht via Sneek, IJlst, Workum en Hindeloopen naar Stavoren. Met de auto naar Friesland is trouwens alsnog veel duurzamer dan wanneer je naar Zuid-Frankrijk zou rijden voor je vakantie, laat staan dan wanneer je met het vliegtuig naar Spanje zou gaan. Of Thailand. Of nog verder.
Over het algemeen geldt dat hoe eenvoudiger je accommodatie is hoe duurzamer deze is. Kamperen zou dus een prima keuze zijn en laat Friesland nou net barsten van de campings. Wij gingen in hartje zomer op de bonnefooi en konden overal wel een plekje krijgen. Alleen tijdens de Sneekweek is het verstandig om van te voren te reserveren.
Het voordeel van op de bonnefooi reizen is dat je per dag kan kijken hoe ver je reist en waar je die avond je matje uitrolt. Zo konden we het ons veroorloven om op dag vier een tijdje voor de regen te schuilen en die dag niet zo ver te reizen. Als je flexibel vrij kunt krijgen, kun je zelfs je hele reis een weekje verschuiven als het weer daar op aandringt en is de kans op regen in ons kikkerlandje geen excuus meer om naar het buitenland te moeten.
Wil je iets meer luxe? Hotels zijn makkelijk, maar ook vaak hetzelfde. Een origineler alternatief is om te zoeken naar een authentieke Friese boerderij om de nacht door te brengen.
Voor stedelingen is het nog belangrijk om te realiseren dat de meeste winkels vroeg sluiten en op zondag helemaal niet open gaan. Op zondagochtend heb je meer kans op een kerkdienst dan een vers broodje van de bakker.
Om een idee te krijgen van wat haalbaar is qua tijd en afstanden, kun je hieronder zien hoe onze reis ingedeeld was. Op mooie stukken asfalt (Snitserdyk!) gingen we misschien 25 kilometer per uur, maar met skeelers in combinatie met veeroosters, friese geeltjes of slecht asfalt kwam ik vaak nauwelijks vooruit. Ook fietsen tegen de noordooster zeewind bleek geen peuleschil met met een volledige kampeeruitrusting bovenop onze tweepersoons lichtgewicht bagage. Uiteindelijk reisden we gemiddeld zo’n 10 kilometer per uur.
Dag 1: Station Deinum (aankomst in de namiddag) – Weidum, 6 kilometer
Dag 2: Weidum – Sneek – IJlst (lunch) – Sloten (zwemmen), 47 kilometer
Dag 3: Sloten – Stavoren – Hindeloopen (lunch en bezoek schaatsmuseum) – Workum – Bolsward, 53 kilometer
Dag 4: Bolsward (‘s ochtends geschuild voor de regen) – Harlingen (pannenkoeken!) – Franeker, 28 kilometer
Dag 5: Franeker (bezoek planetarium) – Jislum (flinke tegenwind!), 40 kilometer
Dag 6: Jislum – Dokkum (lunch) – Leeuwarden, 42 kilometer
Tenslotte
Mocht je overwegen om de route te gaan skeeleren, mail me! Dan kan heb ik nog meer praktische tips voor je en kan ik je waarschuwen onderaan welke dijk, net buiten het zicht, zo’n bottenbrekend veerooster verstopt zit. Daar kun je in volle vaart met geen mogelijkheid ongehavend over- of omheen komen. Ook heb ik nog een gps-route van onze tocht, zodat je in ieder geval de schelpenpaadjes kan vermijden.
Dus als de dooi weer inzet en het wordt tijd om over je zomervakantie na te gaan denken, vergeet dan zeker Friesland niet!
Ik wil al een tijd heel graag de elfstedenroute kanoën! Lijkt me zo leuk, door de steden, dorpjes en weilanden heen 🙂 Het staat op mijn wensenlijstje 😇 en na het lezen van deze blog is de kanotocht qua plek gestegen op het lijstje (het lastife is, er zijn zoveel leuken dingen te zien/doen in Nederland en net over de grens) 😃
Luxeprobleem! Kanoën lijkt me ook erg leuk daar, alleen niet de hele route dan. Kanoën lijkt me ook heel tof bij Giethoorn en in de Biesbosch. Er zijn te weinig weekenden in een jaar 😉